
Marcel
‘Of z’n werk wat naar behoren was?’
Hij kwam voorbij de verpleegpost waar ik in overleg was met het team, tikte tegen het raam en wees me aan. Ik ging naar hem toe.
Gelukkig kon ik volgen, ik kende het verhaal van Marcel. En dat hij net mij aanwees, verbaasde me niet. Tal van patiënten vroeger vertelden me dat ze me bij de eerste kennismaking ‘een strenge’ vonden (en dat het nadien gelukkig wel meeviel ☺️). Daarom dacht ook Marcel dat ik ‘de baas’ was.
‘Of z’n werk naar behoren was?’
‘Absoluut! Ik ben zo blij dat je ons helpt. En je werkt nog nauwkeurig ook!’ ‘Hoeveel moet ik je?’.
Dat hoefde niet, hij wou gewoon weten of ik content was… dan hij ook.
Marcel is bewoner in een woonzorgcentrum. Elke namiddag stond hij aan de lift te wachten, op weg naar huis. Medewerkers trachtten tevergeefs uit te leggen dat hij hier woont. Dat dit z’n thuis is. Maar hij begreep het niet. Hij was z’n thuis kwijt… hij was in de war en verdrietig.
Marcel is een behulpzame man. Naast z’n carrière lang het Vaderland te dienen, helpt hij iedereen en overal. Ook op de afdeling helpt hij met kleine taakjes. En als de taakjes (z’n werk in zijn beleving) gedaan zijn, dan is het logisch dat je naar huis gaat. Niet?
Hoe kunnen we Marcel zich thuis laten voelen op de tweede verdieping?
‘Kan en wil hij niet helpen in de wasserette, beneden in het WZC?’, opperde iemand uit het team. En zo werd Marcel collega in de wasserette waar hij 1x per week enkele uren meehelpt. Het was in het begin wel ‘creapy’, vertelde een collega van Marcel. Wie is hij? Wat zeggen we tegen hem? Creapy werd creamy. Ze vinden het best wel fijn dat Marcel bij ‘hun’ team hoort.
Na de koffiepauze ☕️ samen brengt een collega hem naar boven, naar ‘huis’.
Marcel wacht niet meer aan de lift.
We zien een tevreden man…